Heinz G. Konsalik

De bruine ogen van Erika Haussmann hebben de laatste tijd een verdrietige glans. Haar man Karl, met wie zij jarenlange alle leif en leed heeft gedeeld, gedraagt zich vreemd en onverschillig. Hij verschuilt zich achter zijn werk. Haar zoon en dochter zijn hun eigen weg gegaan, kinderen worden nu eenmaal volwassen. Erika is alleen met haar angst. Ze durft met niemand te praten over de regelmatig terugkerende ziekteaanvallen die haar leven de laatste maanden beheersen. Als Karl met de mooie blonde Marion, zijn secretaresse voor zaken naar Italië vertrekt, besluit Erika mee te gaan om zo een oogje in het zeil te kunnen houden. Maar in het Italiaanse Rimini kan zij haar vreselijke ziekte niet langer verborgen houden. Vechtend voor haar gezondheid en voor haar huwelijk, geteisterd door de brandende zon aan de Adriatische Zee, verliest ze die strijd bijna. Tot Karl inziet dat hij Erika voor geen prijs kwijt wil raken en dat zijn secretaresse alleen op zijn geld uit is. Uit alle m acht probeert Karl een uitweg te vinden om het leven van zijn vrouw te redden. Hij hoort dat een Joegoslavische arts een wondermiddel heeft ontdekt. De stad Sarajevo wordt belegerd door duizenden zieken uit alle delen van de wereld die vertwijfeld proberen het geneesmiddel in handen te krijgen. Ook Karl en Erika komen in de ban van dat laatste redmiddel. Tevergeefs proberen zij een schip te vinden dat hen naar Joegoslavië kan brengen. De tijd dringt genadeloos.